Je hoort het mensen weleens zeggen: 'Ik ben een wedergeboren christen'. Ik krijg er altijd een ongemakkelijk gevoel bij. De onderliggende boodschap lijkt: er zijn ook christenen die niet wedergeboren zijn en dus tweede keus. Maar om het woord nu te schrappen? 'Niet doen,' zei een modern theoloog (Marcus Borg). Het woord duidt op de kern van alle religie.
Idolen - ze zijn van alle tijden. Ook Jezus leek aanvankelijk zo'n idool. Hij werd op handen gedragen. Hij had iets dat wij niet hadden. Maar de bewondering voor hem verdampte volledig.
Geloof je in wonderen? Veel mensen wel. Zelfs hartstochtelijk. Anderen moeten er niets van hebben. Als die laatsten ook gelovige zijn, leggen ze wonderverhalen vaak symbolisch uit. De preek van deze zondag nodigt beide groepen uit eens wat meer te twijfelen. De preek gaat uit van het verhaal van de wonderbare spijziging, maar spreekt meer over wonderen in het algemeen.
Een aardige Jezus. Een poeslieve Jezus. Jezus als vriend van iedereen. Een revolutionaire Jezus desnoods. Als hij maar de vlag is op het schip van ons wereld- en zelfbeeld. Maar dan kan het verhaal over de tempelreiniging je behoorlijk ontregelen. Want daarin maken we kennis met een boze Jezus die zich niet zomaar laat inkapselen.
Satan - die wordt niet zo vaak meer genoemd in preken. Toch kom je hem in evangelielezingen nog regelmatig tegen. Zoals in het overbekende verhaal van de verzoeking in de woestijn. Reden om er dit keer eens niet omheen te lopen. Bestaat hij dan? Het begin van een antwoord vind je misschien door eens in de spiegel te kijken.
In de hoofden van de meeste mensen zit een postbode die dagelijks rekeningen bij hen op de mat schuift. Daardoor ontstaat een permanent gevoel van schuld en tekortschieten. Het geloof dat een bron van bevrijding zou moeten zijn, is vaak ook zo'n poel van schuldgevoel. Vreemd, want de kern van het evangelie is juist een boodschap die (letterlijk) ontregelt.
Wie in het Nieuwe Testament leest, stuit regelmatig op het lijden vanwege het geloof. Soms lijkt dat weleens een vergeten onderwerp in kerken. Een symptoom daarvan is de geringe aandacht voor christenen die vanwege hun geloof onderdrukt of vervolgd worden - een geringe aandacht die ook kerken kenmerkt.
Wanneer loopt een mens het grootste risico? Als het slecht gaat? Natuurlijk. Maar er kan ook ongemerkt gevaar dreigen als het goed gaat. Je kunt op je lauweren gaan rusten. Minder alert worden. Dan zit het gevaar dus in jezelf. Dat kan ook een kerk overkomen.
Het jaar 2014 was opnieuw een jaar vol onheilsberichten. Velen hadden het gevoel dat de rampen steeds dichterbij komen. In die wereld vieren wij het Kerstfeest. Is dat reëel? Kan dat? Zeg niet te snel 'ja'. Het Kerstevangelie is een dwaze boodschap. Het zet je wereldbeeld op z'n kop en je godsbeeld ook trouwens.
Een mens is het meest kwetsbaar in zijn kinderen. Maar hoeveel ouders zijn er niet dagelijks verbijsterd over wat hun kinderen mee moeten maken? De profeet Jesaja lijkt voor die schrijnende werkelijkheid gevoelig. Hij noemt tot twee keer toe in een toekomstvisioen dat kinderen veilig zullen zijn in de nieuwe wereld van God.
Vorige week werd bekend dat na prinses Amalia nu ook ex-minister Grapperhaus wordt beveiligd: er is sprake van bedreiging vanuit de georganiseerde misdaad. Kort daarvoor was in Antwerpen bij drugs-gerelateerd bendegeweld een kind omgekomen. Na de aanslagen op Derk Wiersum en Peter R. de Vries gaat de oorlog dus onverminderd door. Het wordt dan ook des te klemmender nog eens te wijzen op de sponsors van deze oorlog: de gebruikers.
Muziekbespreking van het album 'The Devil Don’t Like It' van The Dedicated Men of Zion.
Lees meer
Vanmorgen maakte ik weer eens een ommetje in de buurt. Het was de eerste echte herfstdag, er stond wel een flinke wind, maar het zonnetje scheen, dus de wandelschoenen aan. Ik liep het mij vertrouwde rondje polderwegen. Onderweg zag ik nu van dichtbij waar ik in mijn automobiel gezeten sneller overheen ga: modder op de weg.
Muziekbespreking van het album 'Brave Land' van de Canadese singer-songwriter Raine Hamilton.
Lees meer
Deze week hoorde ik het aangrijpende verhaal van Henri Seepers. Hij wist ternauwernood te ontkomen aan een aanslag. Toen hij lag te slapen werd een bom door de ruiten gegooid waarna zijn woning meteen in lichterlaaie stond. Maandenlang sliep hij daarna (natuurlijk elders: zijn huis was onbewoonbaar) met zijn kleren aan in de vluchtmodus, lijf en ziel overgenomen door PTSS.