‘Wie of wat is de mens?’ – dat is de centrale vraag die de filosofie gaande houdt, aldus Ger Groot in zijn monumentale werk ‘De geest uit de fles’. Het is een indrukwekkend en helder geschreven overzicht van de filosofie van de afgelopen vier eeuwen.
Allereerst de titel. Zie de fles als de wereld waarin God nog de vanzelfsprekende, overkoepelende plaats had. Maar met Descartes vloog, om zo te zeggen, de kurk van de fles. En alhoewel Descartes en andere grote filosofen na hem, zoals Kant en Hegel, nog gelovigen waren, steeds meer kwam de mens centraal te staan ten koste van God. Totdat Nietzsche God dood verklaarde.
Stapje voor stapje en in heldere, afgeronde hoofdstukken laat Ger Groot dit proces zien. De auteur heeft de gave om ingewikkelde en abstracte zaken ook voor geïnteresseerde maar niet filosofisch geschoolde lezers beeldend uiteen te zetten. Hij is een gepassioneerd didacticus die op een meeslepende manier enthousiasme wekt voor zijn vak. Aan het boek liggen dan ook de colleges ten grondslag die Groot gaf aan eerstejaars-filosofiestudenten.
‘De geest uit de fles’ is tevens prachtig vormgegeven. De vele illustraties verrijken niet alleen de tekst, maar laten ook zien hoe de filosofie betrekking heeft op de kunst en zaken van alledag. En dan is er nog de aan het boek gekoppelde website waar veel geluids- en beeldfragmenten te vinden zijn van films, opera’s, toneelstukken, documentaires, interviews, enzovoort, waarnaar Groot verwijst.
Dit alles zorgt voor een heerlijke leeservaring. Gaandeweg bouwt zich zelfs een zekere spanning op. Waar zal deze zoektocht toe leiden? De Verlichting (want daarover gaat het in wezen) heeft immers veel goeds gebracht, maar ook veel onzekerheid. En waar de mens zichzelf de plaats van God geeft, daar gaat veel mis, dreigt zelfs het gevaar dat hij een monsterlijke werkelijkheid schept.
Natuurlijk weet je als lezer wel dat het bij die indringende werkelijkheid uit zal komen – de titel draagt dit beklemmende einde al in zich. Maar het tekent Groots schrijverschap dat hij je aan zich weet te binden. Tegelijk laat Groot ook zien dat het besef daagt dat de werkelijkheid groter is dan de ratio en dat wij de werkelijkheid nooit zullen beheersen. Bescheidenheid siert de mens, lijkt dan ook het devies.
Ook toont hij hoe de filosofie nooit de geschiedenis definitief achter zich kan laten – ook niet die van de religie. Hij ruimt aan het eind plaats in voor Ricoeur en Levinas, respectievelijk protestants en joods denker. Maar ook zij kunnen (en willen) niet de geest weer in de fles krijgen. De tijd dat God vanzelf sprak is voorbij.
De mens heeft een ontembare zucht naar zekerheid en bevrediging van zijn behoeften. Dat resulteert in het scheppen van afgoden. Zelfs van God kunnen wij zo’n afgod maken. Dat is de rode draad in dit boek van de spraakmakende theoloog Peter Rollins.
Lees meerTommy Wieringa is wat mij betreft veruit de meest interessante auteur van Nederland. Zijn ‘Joe Speedboot’ versloeg zijn tienduizenden, en in ‘Dit zijn de namen’ toonde Wieringa zich een meester in het mythisch vertellen. Zijn nieuwste boek is een eerbetoon aan het leven in onze oostelijke grensstreek.
Lees meer