Met zijn ‘Geduld met God’ had hij me al voor zich gewonnen, maar met zijn nieuwste boek schreef hij opnieuw een voltreffer. De Tsjechische schrijver Tomas Halik is een charismatisch man die verrassende perspectieven weet te openen. Dit keer over zijn Bijbelse naamgenoot Thomas en het lijden.
Wij spreken over ‘de ongelovige Thomas’. Maar Halik legt het gedrag van Jezus’ discipel diametraal anders uit: hij weigerde te geloven in een Opgestane in wie niets meer van deze wereld en het lijden te herkennen zou zijn. Pas toen hij zag en voelde dat de Opgestane nog steeds getekend werd door de stigmata van het kruis, kwam hij als eerste tot kern van de christelijke belijdenis: ‘Mijn Heer en mijn God!’ Thomas ongelovig? Welnee!
Halik benadrukt regelmatig in zijn boek dat hij niets moet hebben van vormen van christendom die het lijden negeren of wegmasseren met stichtelijke of al te vrolijke praatjes. Het christendom draait om een gewonde God. Een God die in Jezus dood gaat. ‘Mijn God, mijn God, waarom hebt hij mij verlaten?’ Het geloof zelf gaat aan het kruis in hem ten onder.
De discipel Thomas staat voor een geloof dat niet wil wegkijken. Het wil het lijden serieus nemen en onder ogen zien. Ook het eigen lijden. In een tijd waarin de Facebook-generatie vooral de leuke en succesvolle zaken wil laten zien, weet het geloof dat de erkenning van het lijden een weg naar heling kan zijn. Ook de acceptatie van de eigen wonden, kan bevrijdend werken.
Het lijden kan paradoxaal genoeg ook manier zijn om God te vinden. Halik gebruikt daarvoor een beeld van de mystica Simone Weil. De muren van een gevangenis scheiden gevangenen van elkaar. Maar klopsignalen kunnen de communicatie mogelijk maken. Zo scheidt de muur van het lijden de mensen van God, maar juist die muur kan ook de communicatie mogelijk maken. Zo moeten wij de laatste zaligspreking van Jezus verstaan: ‘Zalig zij die niet zien en toch geloven.’
Halik geeft ook in dit boek blijk van een enorme belezenheid. Maar hij is geen studeerkamergeleerde. Hij schrijft meeslepend en weet van de randen van het leven. Het knappe vind ik dat hij diepgang heeft (een mystiek en poëtisch hart!), maar ook de gave van de eenvoud en dus een zekere lichtheid. Halik heeft opnieuw een boek geschreven dat een mens verder brengt. De vijf sterren die dagblad Trouw gaf, zijn dik verdiend.
Eerlijk gezegd was ik de laatste jaren een beetje roman-moe geworden. Vroeger vrat ik ze, maar dat werd minder en minder. Ik werd zelden echt verrast. Als ik al romans las, dan liever de klassiekers. Maar met de roman van Harstad is mijn liefde voor het genre weer opgelaaid tot een hoog vuur. Wat een monumentaal werk!
Clive Hamilton heeft een pessimistisch boodschap voor de mensheid: we zijn door het klimaat aan te tasten ons eigen graf aan het graven. Toch is het niet zozeer zijn pessimistische toon die me na de laatste bladzijde onvoldaan het boek deed dichtslaan.