Muziek als een open wond – dat klinkt niet aantrekkelijk. Nog minder wanneer je weet dat muziek hier slechts achtergrond is van gesproken woord. Toch kom ik superlatieven tekort om het album ‘Seven Psalms’ van Nick Cave te duiden. Ik doe een poging: deze psalmen horen bij het Derde Testament.
Het ‘Derde Testament’: teksten en kunstwerken die al eeuwen ‘verder schrijven’ aan de Bijbel. Cave’s psalmen komen in aanmerking. Ze grijpen naar je strot. Zeker als je weet dat Cave twee zoons verloor – zeven jaar geleden viel Arthur van een rots en afgelopen mei overleed Jethro.
‘De profundis’ is de term voor dit soort liederen: vanuit de diepte. Wat een verlorenheid klinkt er in door! In elke psalm kreunt de zanger zijn hunkering uit om bij God te zijn. Meteen al bij de eerste zin is de toon gezet: ‘Hoe lang heb ik al niet op een woord van u gewacht – voor altijd smachtend’.
Psalm na psalm wordt God aangeroepen. ‘I pray someday, my Lord, you will appear’. Want het is donker, stikdonker. Slecht één psalm spreekt God niet aan: de zesde, die begint met ‘Zulke dingen zouden niet mogen gebeuren maar we sterven’. En als Cave vervolgens speelt met Psalm 84 (‘zelfs vindt de zwaluw een nest waarin ze haar jongen neerlegt, bij uw altaren’), maar zegt dat het jong uit het nest valt – ja, dan laten de feiten uit het leven van Cave zich niet meer buitensluiten.
Ze doen pijn, deze psalmen. En toch blijf je luisteren. De prachtige achtergrondmuziek van vaste begeleider Warren Ellis draagt de woorden van Cave rechtstreeks je hart in. Maar het zijn vooral de teksten met hun poëtische zeggingskracht en diepe lagen die biologeren. Een aantal kent Bijbelse verwijzingen. De meest schrijnende: in ‘Have Mercy On Me’ klinkt ‘Ik verpletterde nieuwgeborenen op de rotsen’. Spreekt de dichter hier over een schuldgevoel over de dood van Arthur? Tegelijk hoort elke Bijbelkenner een echo van Psalm 137.
Je kunt je afvragen of zoiets landt bij hen voor wie het Bijbels idioom abracadabra is. Maar het toont de eigenzinnigheid van Cave. Hij zoekt geen aansluiting bij de gemiddelde luisteraar, hij zoekt naar (muziek)taal die zijn diepste pijn rechtdoet. Hij vindt die met behulp van de Bijbel.
Bij het grote publiek is Bruce Hornsby misschien nog bekend van zijn pophit ‘The Way It Is’ uit 1986. Maar dat de man sindsdien een duizelingwekkende muzikale ontwikkeling heeft doorgemaakt, heeft zich onttrokken aan de blik van de doodsnee muziekliefhebber. Die ontwikkeling culmineerde in een drietal albums waarvan zijn net verschenen ‘’Flicted’ een prachtig sluitstuk is.
Andrew Bird heeft al een indrukwekkende staat van dienst, zo merkte ik. Ja, ‘merkte ik’, want ik moet bekennen dat ik zijn werk nauwelijks kende. Na zijn nieuwste album beluisterde ik ook vorige albums en hoorde dat hij al lange tijd vele registers bespeelt: een mix van folk, jazz, pop en Arabische klanken. Zo ook op dit album.