Een saxofoon en een accordeon – het is een ongewone combinatie, maar de Noorse musici Seim en Haltli hebben het al eerder bewezen: het levert mooie muziek op. Neem plaats op een gemakkelijke stoel, een glaasje wijn erbij, doe je ogen dicht en geniet van een bijzondere luisterervaring.
Een viertal nummers van de acht bestaat uit improvisaties. Maar deze improvisaties zijn op dezelfde track verbonden met een bestaand nummer. Twee ervan eindigen in variaties van Fanfare, een stuk gecomponeerd door Seim. Dit is het gemakkelijkste in het gehoor klinkend stuk. Het lijkt een beetje op een hymne.
En over hymne gesproken: het album opent met Du, mi tid, gecomponeerd door Haltli. Het doet ook denken aan iets religieus. ‘Jij, mijn tijd’ vertaalt Google uit het Noors voor mij. Kan ook een liefdesliedje zijn natuurlijk. Maar ik werd op de gedachte van een hymne gebracht, omdat veel Noors jazzmusici uit het religieuze repertoire lenen. Hoe dan ook, het nummer is een sterke opening.
De vierde track is een Oekraïens slaapliedje. Op internet is de tekst te vinden en gemakkelijk te vertalen:
De Droom gaat langs het raam,
En de Slaap langs de haag.
De Droom vraagt aan de Slaap:
“Waar zullen we vannacht rusten?”Waar het huisje warm is,
Waar het kindje klein is,
Daar zullen we heen gaan,
En het kind in slaap wiegen.Daar zullen we slapen,
En voor het kind zingen:
Slaap, slaap, mijn kleine valk,
Slaap, slaap, mijn kleine duif.
Ontroerend, zeker tegen de achtergrond van de gruwelijke oorlog die zich er afspeelt. Seim en Haltli maakten er een eigen arrangement van.
Het album is sober. Dat kan niet anders met twee instrumenten. Maar ze mengen zo goed, dat het een onalledaags mooi geheel wordt. Er zit genoeg afwisseling in. De accordeon kwinkeleert soms als een helder vogeltje in de ochtendzon, om op een volgende nummer de donkere tonen van een naderend onweer te suggereren.
Seim bespeelt twee saxofoons: een sopraan en een tenor. Ik heb een voorkeur voor de sopraan. In de kerk waar de opnamen plaatsvonden komt die het best tot zijn recht. De opnamen zijn overigens weer fantastisch. ‘Weer’ want ze zijn van het Duitse platenlabel ECM die garant staat voor hoge geluidskwaliteit.
In het liedboek van mijn kerk (PKN) staan twee teksten van Charles Wesley (1707-1788), de Engelse theoloog en dichter die leider was van de methodistische beweging: Lied 481 en 754. Dat hadden er misschien wel meer mogen zijn, zo ontdekte ik bij het beluisteren van het nieuwste album van de Nederlandse singer-songwriter Johan Jeras.
Er werd lang naar de nieuwe plaat van Nick Cave uitgekeken. De koning van de gothic rock zou met zijn groep The Bad Seeds een album uitbrengen waarop geloof en vreugde centraal zouden staan. Opmerkelijk, vooral omdat vorige albums in het teken stonden van het verlies van twee zonen.