Deze week hoorde ik het aangrijpende verhaal van Henri Seepers. Hij wist ternauwernood te ontkomen aan een aanslag. Toen hij lag te slapen werd een bom door de ruiten gegooid waarna zijn woning meteen in lichterlaaie stond. Maandenlang sliep hij daarna (natuurlijk elders: zijn huis was onbewoonbaar) met zijn kleren aan in de vluchtmodus, lijf en ziel overgenomen door PTSS.
Seepers was een van de slachtoffers van de bekende afpersingszaak. Bij De Groot Fresh Group, een groothandel in fruit, werd op een dag cocaïne tussen de producten ontdekt. De cocaïne werd aangegeven bij de politie, maar dat kwam het bedrijf te staan op bedreiging door de georganiseerde misdaad (overigens uit een andere hoek dan de smokkelaars): er moest betaald worden. Er werden verdachten opgepakt, maar tijdens het onderzoek werd per ongeluk een lijst met (ex-)medewerkers van het bedrijf aan de verdediging overhandigd. Seepers had ooit bij het bedrijf gewerkt. De rest is bekend.
Toen ik zijn aangrijpende verhaal hoorde, besefte ik opeens: ik kom dat onderwerp eigenlijk nooit tegen in de kerk! Veel maatschappelijke en sociale problemen komen in preek of gebed of tijdschriften ter sprake: klimaat, asiel, armoede, oorlog. Maar de oorlog van de georganiseerde misdaad valt kennelijk buiten ons kerkelijk blikveld. Terwijl die dichterbij is dan we denken.
Als ik dit schrijf zit ik hemelsbreed zo’n tien kilometer van de overslagbedrijven in de haven van Rotterdam. Daar zijn vannacht ongetwijfeld weer zogenaamde uithalers aan het werk geweest: jongens die gesmokkelde cocaïne uit zeecontainers halen. Ze zijn de loopjongens van organisaties die bijna een staat in een staat gaan vormen. En: die niet terugdeinzen voor nietsontziend geweld. Zie Derk Wiersum. Zie Peter R. de Vries. Zie Henri Seepers.
En nu ik de haven van Rotterdam noem: die werd een aantal jaren geleden volledig stilgelegd door hackers. Huib Modderkolk schreef een alamerend boek waarin hij het naast vele andere voorbeelden bespreekt. ‘Het is oorlog maar niemand die het ziet’ luidt de veelzeggende titel van zijn boek. Hij toont aan dat er een niet aflatende aanval op maatschappelijke en economische netwerken gaande is. Door andere overheden, maar ook door hackerscollectieven. Ook dat is georganiseerde misdaad.
Maar geen spoor van verontrusting in kerken over deze ernstige bedreigingen van de rechtsstaat. Althans, voor zover ik kan zien. Het steekt in ieder geval behoorlijk af tegen de overvloed aan opvattingen en meningen die er over andere onderwerpen de ronde doen. Waar zou dat toch aan liggen? Niet aan de Bijbel, want kijk in de Psalmen: daar wordt vaak gesproken over de goddelozen. Dat zijn niet de atheïsten, maar zij die in hun daden van God los zijn, de schoften bij wie een mensenleven niet telt.
De boeren en de stikstofcrisis bepalen het nieuws. Bij elk nieuw bericht daarover moest ik de laatste dagen steeds sterker denken aan Wendell Berry. Hij is Amerikaans schrijver, essayist, dichter en…boer. Al decennia lang waarschuwt hij voor de industrialisatie van de landbouw.
Vanmorgen maakte ik weer eens een ommetje in de buurt. Het was de eerste echte herfstdag, er stond wel een flinke wind, maar het zonnetje scheen, dus de wandelschoenen aan. Ik liep het mij vertrouwde rondje polderwegen. Onderweg zag ik nu van dichtbij waar ik in mijn automobiel gezeten sneller overheen ga: modder op de weg.